Zo nu en dan vind ik mezelf wel een bikkel. Dat zijn van die momenten dat ik mezelf wel een beetje voor gek verklaar. Nou ja, een beetje?! Het zijn die momenten dat ik denk: Waar ben ik nu mee bezig? of: Wat doe ik hier in vredesnaam? Vanmiddag had ik daar even last van.
Voor gister had ik het fietsen met de groep afgezegd. Ik wilde vandaag (zondag dus) door de zuidwesthoek van Friesland fietsen. Met de elfstedentocht had ik dat voor het laatst gedaan en toen kon ik er door de kramp niet echt van genieten. Vandaag gelukkig wel, ondanks de harde wind.
Want waaien deed het en hard ook! Op het land was de windkracht 5 Beaufort, maar op en langs het water 6, met uitschieters naar 7. En toch vertrok ik rond 1 uur vanmiddag voor een fietstocht door het zuidwesten van Friesland. Maar al bij Woudsend begon ik te twijfelen: waar was ik in vredesnaam mee bezig in deze harde wind?
Na Oudemirdum begon het feest. Achter de dijk was het nog te doen, maar op de dijk naar Laaksum had ik vol zij-tegenwind. De wind blies zo hard dat ik niet harder dan 18 km/uur kon en scheef op de fiets tegen de wind leunde. Ik verwenste mezelf en was blij dat ik Laaksum bereikt had. Achter de dijk was het een stuk beter fietsen.
Maar ik wist dat het mooiste stuk nog moest komen, het stuk naar Hindeloopen. Pal voor de wind denderde ik richting de kleine stad, het tempo schoot richting de 45 km/uur, zonder dat het pijn deed. Kijk zo is fietsen bedoeld! Na iets meer dan 3 uren had ik bijna 85 km afgelegd; een fietsgemiddelde van 27 km/uur. Dat maakte de ontberingen op de zeedijk bij Laaksum weer een beetje goed!