fietserd

Pechgevalletje(s)

Het is een mooi gezicht, de grote maan die vlak boven Drachten in de lucht te zien is. Het is gelijktijdig ook een teken dat het al laat aan het worden is, helemaal omdat ik op mijn ATB zit, waarop ik geen verlichting heb. Ik fiets zo hard mogelijk om te voorkomen dat ik in het donker moet fietsen en om te voorkomen dat ik weer koud word.

Want koud ben ik wel geworden tijdens mijn pechritje van vandaag. Een pechritje? Ja zeker, wel drie keer vandaag.

Het begon ermee dat ik er na dik anderhalf uur fietsen achter kwam dat mijn Garmin al een poos mijn route niet had getracet. Ik had allemaal leuke technische paadjes rond de ijsbaan van Lauswold gefietst en was serieus benieuwd waar die nu precies lagen. Maar de Garmin heeft het niet geregistreerd en ik kwam daar na ruim een half uur pas achter.

Gefrustreerd was ik en daarom besloot ik dan maar op een andere manier nog wat kilometers ‘op de teller’ te krijgen, want voor minder dan 40 km per rit trek ik mijn fietskleding niet meer aan.

Ik fietste daarom ik zuidelijke richting en moest op een bepaald moment de fiets door een hek worstelen. Normaal til ik mijn fiets hier altijd overheen trouwens, maar dit keer niet. En ik weet niet hoe, maar toen ik weg wilde fietsen na het hek zat mijn ketting muurvast. Het kostte me behoorlijk wat prutsen om ‘m weer los te krijgen, maar het lukte.

Ik stond op een plek waar het best wel waaide en ik koelde snel af. Dus in het volgende stuk drukte ik hard op de pedalen om weer warm te worden. Ik keek op de Garmin, die mij vertelde dat het rond 4 uur was en dat ik nu echt naar huis moest. Dus nam ik een relatief korte route naar huis, met nog een kleine afleiding er in.

Krrrr…. krrrr…. hé, wat is dat? Het is net of loopt het voorwiel aan! Shit, dat doet het ook; een leegloper! Nee, niet nu! Shit. Even door naar het verharde fietspad en daar maar wisselen, de band liep hard leeg.

Meestal gaat het bandje wisselen bij de ATB heel vlot, maar nu schoot het niet op. De band was smerig, mijn handen smerig en glibberig en ik werd koud. Bovendien liet de doorn (waarschijnlijk van een bramenstruik) zich maar moeilijk vinden en verwijderen. De nieuwe band ging er vlot in, was vlot vol en toen kon ik weer.

Maar ik was koud geworden en kreeg het motortje maar langzaam weer warm. Dus ook dit laatste stuk naar huis maar zo hard mogelijk fietsen, om zo weer op te warmen. De douche thuis hielp goed, maar de handen werden pas ’s avonds bij het avondeten weer warm. Dankzij een theedoek die op de verwarming had gelegen. Wat een pech… zo een rit hoeft voorlopig niet weer wat mij betreft.